Bestaande koopwoningen waren in mei 2,6 procent duurder vergeleken met dezelfde maand in 2014. De prijzen zijn nu al ruim een jaar hoger ten opzichte van een jaar eerder. Dit blijkt uit maandag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Kadaster.
Het gemiddelde prijsniveau van bestaande koopwoningen was in mei ongeveer even hoog als in oktober 2003. In juni 2013 bereikten de huizenprijzen een dal. Sindsdien is er weer sprake van een licht stijgende trend.
Vergeleken met juni 2013 lagen de prijzen in mei 4,6 procent hoger. Ten opzichte van augustus 2008, toen de huizenprijzen een piek bereikten, is het prijsniveau nog 17,8 procent lager.
Ook het aantal verkochte woningen zit flink in de lift. Het Kadaster bracht afgelopen donderdag al naar buiten dat in de maand mei 12.827 verkochte woningen zijn geregistreerd. Dat is ruim 7 procent meer dan in mei 2014. In de eerste vijf maanden van 2015 zijn er 60.102 woningen verkocht, ofwel ruim 16 procent meer dan een jaar eerder.
Door een verschil in peilmomenten verschillen de woningmarktcijfers van de NVM met die van CBS/Kadaster. Het Kadaster registreert de transacties van een bestaande koopwoning op het moment van transport bij de notaris (eigendomsoverdracht). De NVM registreert de verkoop van een zelfde woning op het moment dat de koopovereenkomst wordt ondertekend. In de praktijk blijkt dat de periode tussen ondertekening van de overeenkomst bij de NVM-makelaar en het transporteren van de woning bij de notaris 2,5 tot 3 maanden is.